Journalist Myrel Morskate wil graag begrijpen waarom NFT’s en digitale kunstwerken zo snel populair werden. Ze probeert vooral niet te verdwalen in een woud aan technische termen.
Gebiologeerd kijk ik op mijn computerscherm naar Rafaël Rozendaals kunstwerk In Bloom: neonkleurige vlakken die lijken te bloeien als een bloem. Het doet me denken aan mijn favoriete kinderboek, Momo van Michael Ende. Een verhaal over grijze mannen die tijd stelen, waarbij Ende’s verbeelding van tijd me altijd betoverde: een eindeloze reeks beeldschone bloemen die steeds opnieuw opbloeien en verwelken.
Rozendaals digitale werk, te koop als een zogeheten non-fungible token (NFT), was al verkocht. Wat niet uitmaakt, want de prijs ligt behoorlijk buiten mijn budget. Dus ik maak gebruik van een unieke eigenschap van de NFT: wie het ook bezit, het kunstwerk blijft voor iedereen vrij te bekijken. Ik zet In Bloom een paar uur vol op mijn scherm en kijk ernaar gedurende de middag, als de chicste screensaver die ik ooit heb gehad.
Het zet me aan het denken. Zelf als ik het zou kunnen betalen, zou ik zo’n werk op een website echt zelf willen hebben?
NFT-kunst of cryptokunst, digitale kunst die je met cryptogeld kunt kopen, is aan een razendsnelle opmars bezig. In maart 2021 veilde veilinghuis Christie’s een NFT van kunstenaar Beeple voor 69 miljoen dollar. Sindsdien stapten wereldwijd miljoenen kopers in de NFT-markt, die vorig jaar goed was voor ruim 40 miljard dollar, zo schatte financieel persbureau Bloomberg. Zelf werd ik nieuwsgierig toen ik las dat rapper Eminem een NFT had gekocht: een plaatje van een aap, een strip-figuur. Hij had er een half miljoen voor betaald.
Hij was niet de enige koper: tennisster Serena Williams en talkshowhost Jimmy Fallon hadden soortgelijke bedragen neergelegd voor apen uit dezelfde serie, genaamd The Bored Ape Yacht Club. Het bleek een serie van tienduizend apen, elke ziet er net iets anders uit, maar kijkt even verveeld uit de ogen.
Eminem had zijn NFT als profielfoto op Twitter gezet, ik ging even kijken. Een aap met een gele pet en een gouden ketting. Dat kan toch niet alles zijn?, dacht ik.
Nu, beste lezer, is het tijd voor een kleine uitleg, dus riemen vast: NFT staat voor non-fungible token, wat ongeveer betekent: niet inwisselbaar, of uniek object. Een uniek nummer maakt van een digitaal item een NFT, waardoor het verhandeld kan worden. Dat wordt vastgelegd op de blockchain, een handelsregister voor cryptovaluta waarvan bitcoin het bekendste voorbeeld is. Het helpt om die blockchain te visualiseren als een enorm digitaal logboek, waarin alle transacties staan die ooit met deze techniek zijn voldaan.
Wie na deze technische uitleg denkt: mijn hemel, laat maar zitten die NFT’s, die neem ik niets kwalijk. Toen ik begin dit jaar in het onderwerp dook, snapte ik er ook niets van en die technische uitleg maakte geen haar duidelijker wat je nou met NFT’s moest. Want wat koop je precies als je een NFT-kunstwerk koopt?
“Gebakken lucht”, zei mijn broertje die in de IT werkt, toen ik erover begon. Hij klonk geërgerd, zoals veel mensen als je over NFT’s begint. “Je koopt niet eens een plaatje, maar een linkje naar een plaatje. Meer niet.” Het blijkt in veel gevallen waar, in essentie. Als je een NFT koopt, krijg je een eigendomsbewijs voor een digitaal item, maar je koopt niet automatisch exclusiviteit of copyright. Iedereen kan en mag nog steeds dat beeld bekijken, uitprinten, als screensaver gebruiken.
Die NFT’s waren een soort nieuwe kleren van de keizer, hoorde ik zeggen. Een vriendin rolde met haar ogen. “Gewoon één groot piramidespel.”
Toch was ik nieuwsgierig. Als er zoveel makers op afkomen, zou het dan niet kunnen dat er meer in die wereld zit dan alleen dat snelle geld? Zou ik er kunst kunnen vinden die ik ook zelf zou willen hebben?
‘De typische verzamelaar is de typische kapitalist’, schreef filosoof John Dewey in 1958 in zijn boek Art as Experience. Volgens Dewey zien verzamelaars kunst als statusobjecten die ze achter gesloten deuren op een sokkel zetten, terwijl kunst juist onderdeel moet zijn van de wereld. En mensen vergissen zich bij de waardering van kunst: ze denken dat het fysieke object – het gebouw, het boek, het schilderij – het kunstwerk is. Maar het échte kunstwerk, vond Dewey, is niet het object zelf, het is de ervaring die het oproept.
Het kan niet anders dan dat Dewey de NFT-wereld fascinerend had gevonden. Alle kunst blijft voor iedereen zichtbaar, en het object bestaat niet meer: het eigendom is niet meer dan een getalletje in een digitaal logboek. Blijft er nog maar één ding over: op zoek gaan naar de ervaring.
Die ervaring tijdens mijn eerste dagen in de NFT-wereld is te omschrijven als pure verwarring. Ik voel me alsof ik een cockpit in ben gelopen en alle honderden knopjes op het dashboard tegelijk moet leren begrijpen. Op de grootste NFT-markplaats van dit moment, OpenSea, zit ik urenlang fronsend naar het beeldscherm te turen. De site staat vol afbeeldingen met mysterieuze termen als RTFKT-MNLTH, Doodles en Meebits. Prijzen staan erbij, maar in cryptogeld. Ik heb geen enkel idee wat die betekenen. Ik klik op een Doodle, die 200 ETH kost. Dat blijkt omgerekend 550.000 euro.
Welkom in de wereld van duizelingwekkende prijzen en cryptojargon. ETH staat voor ether, de cryptomunt van de ethereum-blockchain. Het is niet de enige cryptomunt, er zijn er honderden, zoals solana (SOL), avalanche (AVAX), polkadot (DOT) en polygon (MATIC).
Elk NFT-werk is gekoppeld aan een specifieke munt, dus als je alleen solana hebt, kun je niet zomaar iedere NFT kopen. Met bitcoin, de bekendste cryptomunt, koop je überhaupt geen NFT’s. En o ja, je moet een speciale digitale portemonnee hebben, een cryptowallet, waar je niet zomaar elke munt in kunt gooien. Voeg daarbij dat elke cryptomunt dagelijks dramatisch van waarde kan veranderen en ik krijg het gevoel dat ik in een onbegrijpelijk geavanceerd bordspel terecht ben gekomen.
Daarbij: scrollend door de populairste NFT’s op OpenSea zie ik bijna alleen maar series met cartoonachtige figuurtjes. Apen, zoals die van Eminem, wolven, ninja’s, beertjes. Is dit nou kunst?
“Er is een megahype rond die series gaande”, zegt kunstkenner Gustaaf Dekking. Die series worden collectibles genoemd en ook wel profile picture NFT’s, omdat ze vaak als profielfoto worden gebruikt. Ze worden opgekocht en verkocht door mensen die vaak al in cryptomunten handelden. In veel gevallen is er een soort lidmaatschap aan verbonden: bij aankoop van een NFT uit een serie krijg je bepaalde extra’s, zoals toegang tot een exclusieve chatroom. Zo vormen de Bored Ape-bezitters een soort exclusieve gemeenschap waar ook offline feesten bijhoren.
Die series trekken ook oplichters aan, die plaatjes uitbrengen puur om van onwetenden te profiteren. Dekking: “In de NFT-wereld moet je onderscheid maken tussen die collectibles en hedendaagse autonome kunst”.
Dekking is ex-galeriehouder en werkt aan een onderneming die samen met musea NFT-collecties wil uitgeven. “Wat mensen moeten weten: NFT is geen kunst op zich”, zegt Dekking. “Het is de techniek, het gereedschap dat wordt gebruikt om digitale objecten te verhandelen, zoals kunst.” Digitale autonome kunst is niet nieuw, die bestaat al sinds de jaren vijftig. “Maar het was lastig om daar een waarde aan te hangen. Het grote verschil dat NFT’s maken, is dat de kunstenaar authenticiteit garandeert en schaarste toepast, waardoor die waarde er opeens wel op te plakken is.”
Voor mij valt het eerste kwartje. Het doet me denken aan gelimiteerde oplages van prints of de eerste editie van een boek. Je kunt het nog een keer uitprinten, maar er is maar één origineel werk.
Niet gek dus dat veel ervaren Nederlandse digitale kunstenaars zich in de NFT-sfeer begeven. Digitaal kunstenaar Harm van den Dorpel vertelde in een recente uitzending van Tegenlicht dat hij al digitaal werk maakt sinds 2012, maar dat hij pas sinds de komst van NFT’s van zijn kunst kan leven. En, ongekend voor de kunstwereld, voor het eerst verdienen kunstenaars automatisch geld als hun werk wordt doorverkocht, vaak 10 tot 20 procent van de prijs.
Kunstenaar Dadara (artiestennaam van Daniël Rozenberg), vertelt dat hij NFT’s ziet als een alternatief voor crowdfunding. “Kopers blijven met NFT’s aan je verbonden. Je kunt ze exclusieve extra’s geven en op de hoogte houden. Als je kunst koopt van een levende kunstenaar, koop je tenslotte niet alleen een werk, je steunt de kunstenaar, zodat die werk kan blijven maken.”
Dadara’s NFT-werken bestaan vooral uit commentaar op de NFT-wereld zelf. Zijn eerste heette WTF-NFT; een andere bestaat uit een tijdlijn van kunststromingen, een rechte lijn die bij NFT’s eindigt in een grote warboel. “Er zit veel hebzucht in deze wereld”, zegt hij. “Maar ik heb ontdekt dat er ook veel mensen met NFT’s bezig zijn, die het niet om speculeren gaat. Die mensen vinden het een verademing dat er ook veel kunstenaars zijn die op een inhoudelijke manier naar de NFT-wereld kijken. Het is een waanzinnige ontwikkeling waar veel energie in zit. Als je alleen maar hoort: dit en dit is voor zoveel verkocht, mis je wat er ontstaat.”
Ik word enthousiast, merk ik, van het idee dat ik een kunstenaar kan steunen die iets interessants probeert te maken van deze chaos. Maar is NFT-kunst kopen dan alleen een soort crowdfunding?
Na dagenlang zwerven door het NFT-landschap zie ik steeds meer herkenningspunten. OpenSea is net als Marktplaats of Amazon een hele berg zooi, waar je na lang spitten misschien een keer iets moois kunt vinden. Daarnaast is er een aantal meer gecureerde kunstplatformen, zoals Rarible, Superrare en Foundation.
Ondertussen word ik doodgegooid met advertenties van NFT-verkopers en ‘adviseurs’ die me zogenaamd schathemeltjerijk gaan maken. Het is overduidelijk dat NFT’s een magneet zijn voor hebzucht. Niet voor niets is de enige echte Wolf of Wall Street Jordan Belfort inmiddels een cryptoman. Toch valt me ook op hoe sociaal de NFT-wereld is.
Op Discord, een chatroom die populair is bij gamers, zijn allerlei groepen waarin gediscussieerd wordt over NFT-kunstenaars en kunstcollecties. Er zijn virtuele galeries zoals OnCyber, waar mensen elkaars NFT-collecties kunnen bekijken. Op Twitter, zo’n beetje het marktplein van de NFT-wereld, wordt gepronkt met aankopen en gediscussieerd over aankomende drops (verse NFT-collecties) en evenementen.
Kunst verzamelen is een soort sociaal gereedschap, stelt Erin Thompson, professor en schrijver van het boek Possession: The Curious History of Private Collectors from Antiquity to the Present (2016). Verzamelaars gebruiken hun collecties om iets te vertellen over wie ze zijn en om sociale banden te smeden en te versterken, net zoals je als kind met je verzameling knikkers of voetbalplaatjes het schoolplein op liep. Die cartoonfiguurtjes als profielfoto zijn een uithangbord voor de gemeenschap: kijk, ik ben ook met NFT’s bezig.
Ik spreek kunstadviseur Jeannette ten Kate, die onder andere twee NFT-werken van Harm van den Dorpel in bezit heeft, uit zijn serie Muted Garden (2021). Stoort het haar dat iedereen die werken nog steeds kan zien en als screensaver instellen? “Nee hoor”, zegt ze. “Kunst kopen gaat om het gevoel dat een werk je geeft. Ik omarm de creativiteit van de kunstenaar, het maakt me blij dat ik daar deel van uitmaak. En ik ben trots als mensen naar iets uit mijn collectie kijken: mooi toch, denk ik dan, die is van mij.”
Een NFT-kunstwerk kopen is voor haar en haar klanten een manier om deel te zijn van deze nieuwe ontwikkeling, zegt Ten Kate. “Ik vind het leuk dat de kunst die je verzamelt iets vertelt over de tijd waarin je leeft. Over twee jaar zeggen we: leuk dat we er toen al onderdeel van waren.” Ze raadt verzamelaars wel aan om heel voorzichtig te zijn. “Het is echt een jungle.”
“Er is nog nauwelijks structuur”, beaamt NFT-ondernemer Dekking. “Je knippert twee keer met je ogen en die hele wereld ziet er anders uit. Dat levert het de reputatie van een soort Wilde Westen op. Tegelijkertijd is het heel interessant, er wordt enorm gepionierd. Bedrijven en kunstenaars staan nog maar aan het begin van alle mogelijkheden.”
Mogelijkheden, dat is het kernwoord waar de hele NFT- en cryptosfeer om draait. Op Twitter kom ik enthousiaste manifesten tegen over de toekomst van NFT’s en crypto, mensen die geloven dat blockchain het internet zal veranderen: dat ze door de techniek de macht over het internet uit handen kunnen trekken van monopolisten als Meta (Facebook), Amazon en Google. Dat nieuwe, vrijere internet wordt Web3 genoemd. Zij dromen over virtuele werelden waarin ze eruit kunnen zien zoals ze willen, hun droomhuis kunnen bouwen, waarin ze hun unieke NFT-kunst kunnen ophangen. De ‘grond’ voor deze paradijzen wordt nu al opgekocht.
Misschien begin ik wat gevoel te krijgen voor deze kunstwereld, want ik raak geboeid door een serie kunstwerken genaamd Autoglyphs. Niet omdat ze heel mooi zijn, ze doen me nog het meest denken aan rorschachtesten gemaakt op een pc uit de jaren tachtig. Elk werk is een zwart-wit mozaïekje van simpele streepjes en/of rondjes. Maar de serie is volledig mét de blockchain gemaakt en bestaat geheel op de blockchain. Het is een voorbeeld van een heuse kunststroming in de cryptosfeer: generatieve kunst.
In een interview vertellen de makers van Autoglyphs, dat de serie deels verwijst naar computergegenereerde kunst uit de jaren zestig en zeventig, van kunstenaars als Sol LeWitt en Ken Knowlton. De koper van een groot aantal Autoglyphs, een investeerder, zegt in de Tegenlicht-uitzending over NFT-kunst dat hij ze kocht omdat de techniek hem ontroerde.
En ik snap hem, geloof ik. Het is kunst die nooit eerder had kunnen bestaan, met een belofte voor de toekomst. Zelfs in een wereld als crypto, die draait om cijfers en functionaliteit, wordt er met die praktische middelen toch kunst gemaakt. Het voelt als een groen stekje dat opbloeit tussen de straatstenen.
Duizenden NFT-kunstwerken heb ik bekeken, maar een aankoop heb ik niet gedaan. Ik denk dat je van een kunstwerk toch een beetje moet gaan houden en daarvoor was een maand in de cryptowereld veel te kort. Maar ik sluit niets uit, want nieuwsgierig maakte het me wel: naar al die mogelijkheden en naar wat er zal groeien op de blockchain. Voor nu stel ik me tevreden met de chicste screensaver die ik ooit heb gehad.
Myrel Morskate (1987) studeerde psychologie, bedrijfskunde en journalistiek. Ze is freelance journalist en schrijft over onder meer kunst, cultuur en literatuur.
Dadara (Daniël Rozenberg, 52) woont en werkt in Amsterdam. Voor zijn werk, zie: Rarible.com, Foundation.app en KochxBos Gallery in Amsterdam.
Van fysieke schilderijen tot installaties, van houten sculpturen tot performancekunst op het Burning Man-festival, Dadara experimenteert al zijn hele carrière met vormen. Ook digitale technologie houdt hem al langer bezig; in 2013 begon hij een religie op basis van sociale media.
“Ik hield een begrafenis voor de like, de god die daar wordt aanbeden, met een priester en alles. Mensen zeiden: ‘Dus jij haat social media’. Maar dat vind in niet interessant, het oordeel goed of slecht. Het gebeurt, het is mijn taak als kunstenaar om het te becommentariëren.”
Zijn laatste NFT-werk is de Greyman-serie, een reeks van zo’n 7,9 miljard grijze mannetjes, één voor elke persoon op aarde. Ze zijn exact hetzelfde, op hun unieke NFT-nummer na. Met die Greyman maakte hij eerder het Statue of No Liberty, een betonnen gevaarte van 9 meter hoog, dat in 1998 voor het Rijksmuseum in Amsterdam stond.
“Iemand vroeg me hoe de NFT-wereld eruitziet over tien jaar. Ik hoop dat we het dan niet meer over NFT’s hebben, maar over kunst. Als we het over muziek hebben, praten we toch ook niet over mp3’s?”
Rafaël Rozendaal (41) woont en werkt in New York. Voor zijn werk, zie: Foundation.app, TSCA.jp en Upstream Gallery in Amsterdam.
“De interessantste dingen gebeuren online”, zegt Rafaël Rozendaal. Hij vergelijkt de ontwikkeling van cryptokunst met de uitvinding van de langspeelplaat en het ontstaan van de popmuziek. “Vinyl bevrijdde de muziek van de beperking dat het alleen live te horen was. Digitale ontwikkelingen bevrijden de kunst.”
De eerste werken die Rozendaal verkocht waren websites, zoals iamveryverysorry.com (2002) en itwillneverbethesame.com (2004). Bij aankoop droeg Rozendaal de domeinnaam en het beheer van de website over aan de koper. “Een soort voorloper van NFT’s.” Het bracht hem internationaal succes: zijn werk werd over de hele wereld tentoongesteld en besproken in Time, Wired en Vogue. In 2015 werd zijn muchbetterthanthis.com (2006) metershoog vertoond op schermen op Times Square in New York. Pas sinds 2021 werkt Rozendaal ook met NFT-techniek, voor onder andere zijn reeksen 81 Horizons (2021) en Infinite Entropy (2022).
“Een groeiend publiek is inmiddels zo gewend aan digitale kunst en vindt fysiek verzamelen nu gek. Verzamelaars zeggen: een fysiek werk kan ik niet eens mee op reis nemen. Als ik een Warhol koop, moet ik maar van de galerie aannemen dat het authentiek is? Via blockchain kun je de oorsprong opzoeken.”
Harm van den Dorpel (41) woont en werkt in Berlijn. Voor zijn werk, zie: Harm.work, Left Gallery en Upstream Gallery in Amsterdam.
Voor de komst van NFT’s moest Harm van den Dorpel (41) bijklussen als docent en consultant. Die tijd is voorbij. Zijn project Mutant Garden (2021), een serie van 512 unieke NFT-werken, was binnen 2,5 uur uitverkocht. Ook de traditionele kunstwereld omarmt zijn werk: sinds 2020 is zijn Markov’s Widow (2004) opgenomen in de permanente collectie van het Stedelijk Museum in Amsterdam.
De Mutant Garden-serie is generatieve kunst: kunst gegenereerd door een algoritme op het moment van aanschaf, op basis van een set regels die de kunstenaar heeft bepaald. Het algoritme staat vast, ook de kunstenaar kan het niet meer veranderen. “Digitale kunst miste iets wat een sculptuur wel heeft”, zegt Van den Dorpel. “Een bepaald aura of gewicht, omdat digitale kunst altijd kon worden aangepast.” In de blockchain-database kan hij de digitale code onherroepelijk vastzetten, wat digitale kunst ‘een nieuw aura geeft’.
“Al heb ik het bij mijn Mutant Garden-serie weer ingewikkelder gemaakt, zo’n irritante kunstenaar ben ik wel.” Elk werk in de serie blijft, binnen de kaders van de kunstenaar, veranderen, ofwel muteren. Het idee is geïnspireerd op de werking van genetica, zoals wel meer van Van den Dorpels oeuvre.
“Mensen die kritisch zijn op het aanbod aan cryptokunst geef ik gelijk, er is zoveel rommel. Ik ben zo’n snob dat ik bijna alles tenenkrommend slecht vind.”
* Een NFT: inwisselbaar of uniek?
* Er ontstaat een kloof tussen mensen met en zonder NFT’s.
De eerste tweet aller tijden is voor 2,5 miljoen euro geveild als NFT. Dat behoeft enige uitleg. Hoe kun je een tweet bezitten? Wie wil dat? En wat is een NFT?
Om u deze content te kunnen laten zien, hebben wij uw toestemming nodig om cookies te plaatsen. Open uw cookie-instellingen om te kiezen welke cookies u wilt accepteren. Voor een optimale gebruikservaring van onze site selecteert u “Accepteer alles”. U kunt ook alleen de sociale content aanzetten: vink hiervoor “Cookies accepteren van sociale media” aan.
Log in of maak een account aan
Uw gegevens en de bezorg-, vakantie- en verhuisservice
Hier kunt u notificaties beheren
Zoeken op auteur, titel of onderwerp
Speel puzzels uit de krant én meer
We horen graag uw mening
Serviceomgeving voor al uw vragen
Kies en beheer uw favoriete nieuwsbrieven
Kies en beheer uw favoriete nieuwsbrieven
Digitale versie van de krant op uw computer, smartphone of tablet
Uitleg over overlijdensberichten in de krant
Alle artikelen uit 13 kwaliteitskranten
Zorgvuldig geselecteerde artikelen
Deel belangrijke info met de Trouwredactie
Uitleg over uw rechten en regels
Uitleg over wat wij met uw gegevens doen
Uitleg over de gebruikte cookies op onze site en app
Beheer uw privacy instellingen
Tip hier onze journalisten
Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2022 DPG Media B.V. – alle rechten voorbehouden